
Het verschil tussen dons en veren
Een heerlijk donzen dekbed of kussen kan wonderen doen voor je slaapcomfort. Maar wist je dat er verschillen zijn tussen eendendons en ganzendons? Veel mensen staan voor de keuze: ga ik voor eendendons of ganzendons – en wat is eigenlijk het verschil qua warmte, gewicht en kwaliteit? In dit artikel zetten we de verschillen tussen dons en veren van eenden en ganzen op een rij.
We bespreken ook wat dons eigenlijk is, hoe het wordt gewonnen (diervriendelijkheid), wat de rol van veren is in je dekbed of kussen, en hoe je een kwaliteitsproduct kiest (let op keurmerken zoals RDS en Downpass). Natuurlijk duiken we ook in extra aspecten zoals certificaten voor schone materialen (GOTS bij katoenen tijken, Oeko-Tex voor donsvulling), hoe je slaaphouding en voorkeur (bijvoorbeeld zijslapers die een hoger kussen nodig hebben) meewegen in je keuze, ventilatie en isolatie van dons, en praktische zaken als onderhoud en anti-allergie behandelingen. Aan het eind weet je precies of je beter voor eendendons of ganzendons kunt kiezen en waarom.
Bekijk onze kwaliteit dekbedden >
Wat is dons en waarom is het zo gewild?
Dons is het zachte, pluizige onderverenmateriaal van vogels (met name watervogels zoals eenden en ganzen). Het bestaat uit kleine, lichte pluisbolletjes die groeien onder de buitenste, harde veren van de vogel. In tegenstelling tot een veer heeft dons geen harde pen of schacht; het is opgebouwd uit een kern waar zachte filamenten uit ontspringen als een soort plukje. Dit unieke bouw zorgt ervoor dat dons extreem licht en luchtig is, met geweldige isolerende eigenschappen. Tussen de donspluizen zit stilstaande lucht die je lichaamswarmte vast houdt – dat maakt dons tot een van de beste natuurlijke isolatoren.
Tegelijkertijd is dons ademend, zodat overtollige warmte of vocht (transpiratie) wel kan ontsnappen, waardoor je een droog en comfortabel slaapklimaat houdt. De reden dat dons zo gewild is in dekbedden en kussens komt door die combinatie: het biedt een ongeëvenaarde warmte-gewichtsverhouding. Een donzen dekbed kan heerlijk warm zijn in de winter en toch vederlicht aanvoelen op je lichaam. Waar een synthetisch of wollen dekbed vergelijkbare warmte biedt maar meestal zwaarder of minder goed ademend is, zweert menigeen bij dons voor dat “wolkje” gevoel.
Ook in kussens zorgt dons (vaak gemengd met veren voor stevigheid) voor een luxueuze zachtheid en goede vormbaarheid. Eendendons vs ganzendons: Beide zijn uiteraard dons, maar er zijn verschillen (daar komen we nog op). Over het algemeen geldt: hoe groter de vogel, hoe groter de donsvlok kan zijn, en grote donsvlokken kunnen meer lucht vasthouden -> hogere isolatie.
Vandaar dat ganzendons vaak hoger in kwaliteit wordt aangemerkt dan eendendons (ganzen zijn groter, dus hun dons clusters zijn gemiddeld groter). Maar zowel eend- als ganzendons zijn superieur isolatiemateriaal. Een ander geliefd aspect: donsdekbedden zijn duurzaam. Een goed behandeld dons kan tientallen jaren meegaan. Dons is veerkrachtig; als je je dekbed opschudt, bollen de donsclusters weer op en hervatten hun volume.
Dit is waarom je een donzen dekbed dagelijks even opkloppen levendig houdt. Dons gaat ook goed samen met een fijne katoenen tijk (hoes) die vaak dicht geweven is om het dons binnen te houden. Katoen + dons = volledig natuurlijk product dat ook nog eens biologisch verkrijgbaar is. Niet te vergeten: dons is stil. In tegenstelling tot sommige synthetische dekbedden die kraken of roesten, maakt dons geen geluid bij beweging. Dit draagt bij aan een ongehinderde slaap.
Bekijk onze kwaliteit dekbedden >
Het kwaliteitsverschil tussen ganzen- en eendendonzen dekbedden
Een belangrijk verschil tussen eendendons en ganzendons zit in de grootte en kwaliteit van de donsclusters, wat direct van invloed is op de warmte-isolatie en vulkracht (fill power). Vulkracht is een maat (meestal in cuin, cubic inches per ounce) die aangeeft hoeveel volume een bepaalde hoeveelheid dons inneemt. Hoe hoger de vulkracht, hoe groter en veerkrachtiger de donsclusters zijn, en hoe meer lucht ze kunnen vasthouden. Over het algemeen heeft ganzendons een hogere vulkracht dan eendendons bij dezelfde soort verwerking.
Ganzendons dekbed
Ganzen zijn groter dan eenden en leven vaak in kouder klimaat (denk aan Arctische of noordelijke ganzenrassen). Hun donsclusters zijn dan ook doorgaans groter en kunnen meer lucht vasthouden. Hoogwaardige ganzendons van bijvoorbeeld Poolse of Canadese ganzen kan vulkrachten hebben van 700 tot wel 900 cuin. Dit betekent dat een dekbed gevuld met kwalitatief ganzendons zeer warm kan zijn met relatief weinig gewicht en dikte. Je krijgt dus een erg lichte maar warme deken. Bovendien merk je dat ganzendons soms wat gelijkmatiger is, minder snel klontjes vormt, door de uniform grotere pluizen.
Eendendons dekbed
Eenden zijn kleiner en hun donsclusters dus gemiddeld kleiner, met vulkrachten eerder in het bereik 400-600 cuin (hoewel er ook premium eendendons is dat richting 700 gaat, bijvoorbeeld eiderdons – van een eend/soort eidergans eigenlijk – wat een uitzondering is en zeer kostbaar). Eendendons isoleert nog steeds uitstekend, maar je hebt iets meer dons nodig voor dezelfde warmte als ganzendons. Daardoor kan een eendendons dekbed bij gelijk warmteklasse een fractie zwaarder zijn of dikker ogen dan een ganzendons dekbed. Eendendons is wel iets goedkoper doorgaans, en voor veel toepassingen (zoals een zomerdekbed of all-year dekbed) meer dan voldoende qua comfort.
Qua warmte: vaak worden dekbedden ingedeeld in warmteklassen, en dat hangt af van de hoeveelheid dons en de kwaliteit (vulkracht). Een klasse 1 winterdekbed kan bijvoorbeeld 90% ganzendons bevatten van hoge kwaliteit, of iets meer massa aan eendendons van lagere vulkracht om dezelfde isolatie te bereiken. In gebruik voel je alleen dat het ene wat zwaarder kan zijn dan het andere, de warmte kan vergelijkbaar zijn als de fabrikant het goed heeft afgestemd.
Een specifiek verschil dat men soms benoemt: eendendons kan een lichte geur hebben, iets meer dan ganzendons. Dit komt omdat eendendons (vooral van eenden die ook voor voeding gehouden worden) soms een licht “meerachtig” geurtje kan hebben (denk aan waterwild geur). Bij goed gewassen dons ruik je hier weinig van, maar heel fijngevoelige mensen zeggen soms een vaag verschil te merken. Ganzendons wordt als neutraler geurend ervaren.
Daarnaast is er aspect van veren: Bij zowel eend als gans heb je in de vulling vaak een mix: bij kussens meestal dons + een percentage veren voor stevigheid. Veren van ganzen zijn langer en dikker, dus een hoofdkussen met ganzenveren is over het algemeen steviger dan eentje met eendenveren. Maar let op, bij kussens is het meestal eerder een persoonlijke voorkeur; dons maakt het zacht, veren geeft support.
Lees hier meer over het onderhoud van een donzen dekbed >
Bekijk onze kwaliteit dekbedden >
Geur en kleur: merk je verschil tussen eenden- en ganzendons?
Een veelgestelde vraag is of je verschillen in geur of uiterlijk merkt tussen eendendons en ganzendons in je dekbed of kussen. Over het algemeen is goed verwerkt dons – of het nu van eend of gans is – vrijwel geurloos en wit van kleur (tenzij specifiek anders aangegeven). Maar er zijn een paar nuanceverschillen:
De geur
Zoals eerder genoemd, eendendons kan een iets aanweziger geurtje hebben dan ganzendons, met name direct na productie. Dit heeft te maken met de voeding en leefomgeving van de dieren; eenden (vooral wilde eenden of eenden uit visrijke wateren) kunnen een lichte visachtige geur in hun veren hebben. Echter, in de donsindustrie wordt daar rekening mee gehouden: het dons wordt grondig gewassen en gedroogd (vaak meerdere keren) om geurtjes te verwijderen. Ook wordt eendendons van mindere kwaliteit soms vermengd met een fractie ganzendons om geur te neutraliseren, of behandeld met natuurlijke middelen.
Resultaat: de meeste gebruikers ruiken geen onderscheid. Slechts als je een supergevoelig reukvermogen hebt, of als je een product van lagere kwaliteit hebt waar de reiniging minder grondig was, zou je kunnen zeggen “dit eendendons dekbed ruikt wat sterker”.
Zelfs dan is het raadzaam het dekbed eens goed te luchten; vaak verdwijnt alle restgeur na een paar dagen uithangen. Ganzendons staat bekend als vrijwel geurvrij, zeker de hoge kwaliteit van koud-klimaat ganzen, doordat hun dons minder talg bevat (ganzendons komt vaak van oudere dieren die niet vetgemest zijn zoals eenden kunnen zijn voor foie gras of vlees, waar meer vet in de huid kan zitten). Kortom: geurverschil is er in theorie, maar in praktijk minimaal als je een goed product kiest
De kleur
Dons komt van nature voor in wit en grijs/bruinachtige tinten, afhankelijk van de vogelsoort. Voor dekbedden geeft men vaak de voorkeur aan wit dons, omdat dat door een witte tijk niet heen schijnt en esthetisch ‘schoon’ oogt. Ganzendons van rassen zoals de witte boerderijgans is mooi wit. Eendendons is soms iets grijzer van tint (denk aan pekingeenden vs wilde eenden).
Producenten selecteren dons hierop: een dekbed wordt vaak gevuld met wit dons (van zowel eend als gans) tenzij anders vermeld. Een mengsel met grijzer dons is niet minder warm, maar kan bij een heel dunne witte tijk iets doorschijnen als mini schaduwtjes. Daarom worden hoge kwaliteit donzen dekbedden vrijwel altijd met zuiver wit dons gevuld of de tijk is voldoende dicht dat het niet zichtbaar is. Voor kussens maakt kleur nog minder uit, die zijn meestal met een dicht tijk en eventueel zelfs gestikt patroon.
Voelbaar uiterlijk (grootte)
Als je dons in je hand zou nemen: ganzendons clusters zijn merkbaar groter, je kunt de kern en de fijne filamenten breed uitspreiden. Eendendons clusters zijn een tikje compacter/kleiner, maar dit voel je niet door de tijk heen natuurlijk. Een goed donzen dekbed (of het nu eend of gans is) voelt als een gelijkmatig pluche geheel.
In de dagelijkse praktijk zul je bij een kwalitatief dekbed of kussen niet spontaan kunnen zeggen “dit is eend, dat is gans” puur op geur of kleur. Producenten zorgen ervoor dat wat in de winkel ligt neutraal ruikt en eruit ziet als mooi wit fluffy materiaal. Het is eerder de prestatiefactor (warmte vs gewicht) waar je verschil van merkt, en de portemonnee.
Onze tip: koop je een donzen product, check of er iets op de verpakking of label staat als “odorless” of een keurmerk dat garandeert schoonwassen. Downafresh is zo’n keur dat aangeeft dat dons en veren hygiënisch schoon zijn en voldoen aan de Europese norm voor reinheid (N 12935). Daarmee heb je extra zekerheid dat je geen last krijgt van geur of allergenen
Diervriendelijkheid en herkomst: wat zegt het keurmerk?
Wanneer je kiest voor een donzen product, is het belangrijk om stil te staan bij de diervriendelijkheid en herkomst van dat dons. Er zijn helaas praktijken zoals “live plucking” (levend plukken) en dwangvoederen (voor foie gras productie) waar dons als bijproduct uit voortkomt. Gelukkig zijn er tegenwoordig keurmerken die verzekeren dat het dons op een ethische manier verkregen is. De bekendste zijn RDS (Responsible Down Standard) en Downpass.
Responsible Down Standard (RDS)
Dit keurmerk controleert de gehele toeleveringsketen van dons en veren. RDS-gecertificeerd dons betekent dat de eenden of ganzen niet levend geplukt zijn en niet gedwongen gevoerd zijn voor levervetmest. Het dons komt meestal van slachtbijproduct van de vleesindustrie, wat in principe oké is zolang de dieren normaal gehouden zijn.
Onafhankelijke inspecteurs auditen boerderijen en verwerkingsbedrijven. Als consument zie je op het label “RDS Certified” en kun je redelijk gerust zijn dat je dons diervriendelijker is. Zowel eend als ganzendons kan RDS zijn – vaak is het iets makkelijker te traceren bij ganzendons omdat dat van specifieke fokkerijen komt, terwijl eendendons van diverse kleinere boerderijen kan komen.
Downpass
Dit is een keurmerk opgezet door de Europese donsindustrie dat ook garandeert dat er geen dons van levende pluk of foie gras productie wordt gebruikt. Het omvat audits en tests (bijv. DNA-tests om te controleren op origine). Downpass 2017 of 2020 versies zijn streng en vergelijkbaar met RDS in principes. Veel Duitse fabrikanten gebruiken Downpass.
Foie gras ganzen leveren veel dons, maar RDS en Downpass sluiten dat uit. Foie gras productie is in veel landen (bijv. NL) verboden of aan banden. Als je dons koopt zonder keur, loop je kans dat het goedkoop dons uit zulke bronnen is. Goedkope donsproducten (vaak gemengd met veel veren, uit ongetraceerde bron) kunnen dus dubieus zijn.
Bekijk onze kwaliteit dekbedden >
Slaaphouding & kussenkeuze: eendendons of ganzendons?
Tot nu toe hebben we vooral over dekbedden gepraat, maar slaaphouding komt vooral om de hoek kijken bij kussens. Want bij kussens gaat het om ondersteuning van nek en hoofd, en de vulling (dons/veren) bepaalt hoe hoog en stevig het kussen is. Hier speelt de verhouding dons vs veren vaak een grotere rol dan of het eenden- of ganzendons is, maar er zijn toch paar overwegingen.
Voor zijslapers
Die hebben meestal een wat dikker/steviger kussen nodig om de ruimte tussen hoofd en matras op te vullen. Een kussen dat alleen uit dons bestaat, zakt veel in en is erg zacht. Fijn, maar voor zijslapers vaak te weinig hoogte. Daarom bevatten zijslaperkussens vaak een flinke portie veren (die hebben een steeltje en bieden meer tegendruk). Bijvoorbeeld een 50% dons / 50% veer kussen of zelfs 30/70 (30% dons, 70% kleine veertjes) wordt aangeraden.
Nu, eendenveren zijn wat kleiner en buigzamer, ganzenveren zijn groter en iets steviger. Een zijslaper die echt hoogte wil, zou kunnen gaan voor een kussen met ganzendons en -veren, omdat de ganzendons het kussen luxe zacht maakt maar de ganzenveren goed steun geven. Er bestaan zelfs driekamerkussens: buitenkamers dons (voor zachtheid) en binnenkamer veren (voor support). Daar wordt vaak ganzenveren voor de kern gebruikt omdat die structureel wat sterker zijn (minder snel breken).
Voor rugslapers
Zij zitten ertussenin qua behoefte. Een medium kussen, niet te hoog. Een dons-veren mix met iets meer donspercentage (bijv. 60% dons, 40% veer) is prettig: genoeg vorming voor de nekholte maar ook zachtheid onder het hoofd. Hier is of het eend of gans is minder bepalend; beide kunnen zulke mix leveren. Als je een zeer zacht, laag kussen fijn vindt als rugslaper, kun je zelfs een 90-100% dons kussen nemen. Dan geeft ganzendons wel meer volume (waardoor het toch wat opvangt) terwijl eendendons compacter wordt. In dat geval zou ganzendonskussen net wat voller blijven door de grotere clusters.
Voor buikslapers
Die hebben een heel plat en zacht kussen nodig of geen kussen. Donskussens excelleren hier: een 100% dons kussen is heerlijk plat te duwen en vormt mee, waardoor je nek niet knikt. Voor buikslapers zijn lichte eendendonskussens of ganzendonskussens allebei top zolang ze weinig veren bevatten (want veren maken het hoger/harder). Vaak zie je kussens geëtiketteerd als “Zomer kussen” of “Buikslaper kussen” met 90 of 100% dons. Eendendons volstaat hier prima, maar als je helemaal voor luxe wilt gaan, pak je een 100% ganzendonskussen – dat heeft de meest fluffige vulling, voelt als een wolkje onder je hoofd.
Ter ondersteuning bij allergieën
Slaaphouding terzijde, als je allergisch bent voor huisstofmijt of iets, kun je ook denken dat dons minder geschikt is. Echter, modern donzen beddengoed is vaak Nomite gecertificeerd (huisstofmijt-dicht tijk). Allergie voor dons zelf (dus de keratine) is zeer zeldzaam; mensen denken soms dat ze allergisch zijn voor dons, maar eigenlijk zijn ze allergisch voor huisstofmijten die in slecht onderhouden kussens leven. Houd je dus kussen schoon en gebruik een mite-proof cover, dan is dons ook voor de meeste allergiepatiënten prima.
Wat wel is: een donskussen moet je kunnen opschudden om het in vorm te brengen. Ganzendons is wat veerkrachtiger, eendendons iets minder (maar ook oké). Als je merkt dat je kussen vaker opgeschud moet worden om volume te krijgen, kan dat zijn dat er klein eendendons in zit. Een hoogwaardig ganzendonskussen veert sneller terug na compressie.
Bekijk de hoogwaardige hoofdkussens >
Ventilatie en vochtregulatie kwaliteit
Of je nu kiest voor eenden- of ganzendons, op het gebied van ventilatie en vochtregulatie presteren beide zeer goed. Dons (van beide soorten) heeft de eigenschap om vocht te absorberen en weer los te laten, en lucht door te laten zonder de warmte vastlegging te verliezen. In de praktijk betekent dit dat een donzen dekbed, ongeacht of het eend of gans is, veel beter ademt dan bijvoorbeeld een synthetisch dekbed.
Een mens verliest ’s nachts aardig wat vocht (tot wel halve liter zweet). Dons en veren kunnen dit opnemen in de ruimte tussen de filamenten en later weer afstaan aan de omgeving als het dekbed gelucht wordt. Je merkt dat een donzen dekbed vaak in de ochtend iets vochtig/warm kan aanvoelen, maar als je het openslaat en ventileert, is het snel droog.
Dit voorkomt dat je klam blijft liggen gedurende de nacht. Wol kan ook goed vocht opnemen, maar dons is lichter. Eendendons en ganzendons verschillen hier nauwelijks in. Misschien dat ganzendonsclustertjes iets meer vocht kunnen vasthouden in absolute hoeveelheid vanwege hun grootte, maar dit is verwaarloosbaar. Het tijkmateriaal (katoen) speelt ook een grote rol; een fijngeweven katoenen tijk (bij voorkeur downproof en Oeko-Tex gecertificeerd) laat vocht goed passeren maar houdt dons binnen. Beide donssoorten worden in dergelijke tijken gebruikt. Wat wel uitmaakt: het gewicht van het dekbed. Als je een iets zwaarder eendendons dekbed hebt voor dezelfde warmte, ligt er dus wat meer materiaal op je. Sommige mensen vinden dat prettiger (dat "ietsje gewicht"), anderen willen juist ultra licht (dan neig je naar ganzendons).
Qua ventilatie: een dikker/gevulder dekbed is warmer, punt. Voor in de zomer kies je een licht (zomerdekbed, dun gevuld) ongeacht eend of gans. Voor in de winter een dikker. Maar zelfs een dik donzen dekbed ademt nog steeds goed vergeleken bij een dikke synthetische. Kussens: dons kussens ademen veel beter dan schuimkussens. Als je wel eens op een traagschuim kussen hebt gelegen, kun je nattigheid en warmte ervaren. Een dons/veren kussen laat lucht door bij elke beweging en blijft dus droger.
Dit is heerlijk want een koel hoofd slaapt beter. Interessant detail: in tropische klimaten gebruikt men soms dunne dons dekens vanwege het ademende karakter (natuurlijk wel dun gevuld). Dons is temperatuur-regulerend: het houdt vast wat nodig is en niet meer. Dus je kunt er zowel in de kou als relatieve warmte goed mee uit de voeten, vooral als je verschillende diktes hebt. Vandaar 4-seizoenen dekbedden (twee delen) vaak beide met dons gevuld.
Onderhoud en levensduur: hoe houd je dons goed?
Een voordeel van zowel eenden- als ganzendons is dat bij goed onderhoud je dekbed en kussen jarenlang mee kunnen gaan. Enkele tips om de levensduur en frisheid van je donsproducten te maximaliseren:
Dagelijks opschudden en luchten
Wanneer je opstaat, schud je dekbed lekker op zodat de dons zich weer kan spreiden en drogen. Sla het open over het voeteneind of stoel zodat vocht kan ontsnappen. Zet (als mogelijk) even een raam open voor ventilatie. Dons vaart wel bij verse lucht. Dit geldt ook voor kussens: klop je kussen even op en leg het zo dat het kan luchten.
Gebruik een beschermende hoes
Natuurlijk heb je een dekbedovertrek om je dekbed heen en kussensloop om je kussen. Was deze regelmatig (bijv. elke 2-4 weken), want dat verwijdert zweet en huidschilfers. Hierdoor blijft het dons schoner. Een donsdeken zelf hoef je zelden te wassen als je altijd een overtrek gebruikt. Voor kussens kun je een extra molton sloop of kussenbeschermer gebruiken onder de normale sloop – dat houdt ook veel vuil tegen.
Wassen van dons
Als het toch nodig is (bijvoorbeeld er is een ongelukje gebeurd of na jaren gebruik), kun je donsproducten meestal wassen. Check altijd het waslabel. Veel donzen dekbedden kunnen op 40°C of zelfs 60°C (al is 60 zelden nodig tenzij allergie). Gebruik een enzymvrij mild wasmiddel (geen bleek of wasverzachter!). Er zijn speciale donswasmiddelen die het dons ontzien. Het belangrijkste komt na het wassen: drogen, drogen, drogen. Dons moet in de droger op lage stand (met een paar schone tennisballen erbij) tot het he-le-maal droog is. Dit kan best een paar uur duren. Onderbreek het niet te vroeg, want klam dons kan gaan klonteren of zelfs schimmelen. Beter nog, hang het daarna nog een dag in een warme kamer of zonnetje (niet te lang fel zon, maar goed drogen). Als je dit zorgvuldig doet, komt het dons er weer fluffy uit. Sommigen laten donzen dekbedden professioneel reinigen (stomerij met dons ervaring) eens in de zoveel jaar. Kussens kun je ook zelf wassen/drogen, of vernieuw eventueel elke ~5-10 jaar, afhankelijk van hoe fris ze blijven.
Opbergen
Gebruik je een donzen dekbed een tijdje niet (bv. je winterdekbed in de zomer), berg het op in een ademende zak (katoenen opbergzak bijvoorbeeld). Stop het niet vacuüm in plastic – dons heeft een beetje lucht nodig. Gecomprimeerd kan wel even, maar liever losjes op een plank liggend dan gepropt in een klein doosje. Zo voorkom je dat het zijn vulkracht verliest.
Schudden, niet stofzuigen of kloppen
Je moet een donsdekbed niet uitkloppen aan de waslijn – dat kan de tijk beschadigen en dons ontsnappen. Ook niet op zuigstand stofzuigen. Als er eens een vlek op zit, behandel die lokaal met een vochtige doek en beetje milde zeep. Verder, ga lekken (dons dat uit de naden komt) tegen door voorzichtig om te gaan met de tijk – geen scherpe dingen etc.
Met goed onderhoud gaan donzen dekbedden makkelijk 10-15 jaar mee op hoog niveau van comfort. Kussens iets korter doorgaans, omdat we erop zweten en ze platter worden – reken 5-8 jaar en dan is vervanging fijn. Duurdere ganzendons kussens kunnen wel langer meegaan, maar hygiëne is ook een punt, dus na een jaar of 7 is een kussen wel aan vervanging toe of her-vullen (sommige bedrijven vullen kussens bij met vers dons).
Belangrijk: niet vergeten te checken op keurmerk na wassen. Oeko-tex en Nomite e.d. blijven natuurlijk geldig, maar de waterafstotendheid van tijk kan verminderen. Echter dat is niet cruciaal. Het dons zelf als het goed droog is blijft functioneel.